Dit is de vijfde competentie van 21e eeuws leren.
Veel beslissingen worden genomen op basis van groeiende beschikbaarheid van data, actief of passief gegenereerd door meetsensoren en onze interactie met informatiesystemen. Het is van belang kritisch te analyseren, te interpreteren en vaardig te worden in het gebruik van modellen. Computertechnologie slim kunnen inzetten bij de bewerkingen van deze data is cruciaal. Veel data eindigen in complexe systemen die voor menig werker ‘black boxes’ vormen. Mogelijkheden creëren om in geval van problemen/vragen een ‘drill down’ uit te voeren (of te laten uitvoeren) en zich voorzien van toegang en vaardigheid tot ‘just in time’-leren zal goed afgewogen moeten worden ten opzichte van alles a priori te leren. Datakundigheid ligt aan de basis voor effectieve performance in de informatiemaatschappij.
LRN21 
Een beslissing komt tot stand door het oordeel over de correctheid van de voorwaarde. De beschikbaarheid van data kan van invloed zijn op het te vormen oordeel. Het is van belang de invloed van data, beperkt of omvangrijk, te kunnen begrijpen. Daartoe beschikt de mens over de vaardigheden analyseren en redeneren. Het verschil tussen beide bestaat globaal uit de tijdindicatie. Analyseren hanteert de indicaties toen en nu, terwijl redeneren de indicatie straks hanteert. Beide vaardigheden laten betekenisvol licht schijnen op data. Soorten relaties, uniciteiten, gelijkheden, enzovoorts worden zichtbaar. Hierdoor is de mens in staat data te begrijpen en te vormen, datakundig.